Regio's

Regio-indeling Vereniging Het Ree

Klik op een regio voor meer info

Zeeland Noord-Brabant Zuid-Holland Noord-Holland Limburg Utrecht Gelderland, Veluwe en Rivierenland Gelderland, Achterhoek Flevoland Overijssel Drenthe Groningen Friesland

Drenthe

Voorzitter: Mark Bijkerk

Flevoland

Voorzitter: Hans Koole
Secretaris: Harco Stavasius

Friesland

Voorzitter: Hans de Boer
Secretaris: René Boeijenga

20192020202120222023
Trendtelling7.0396.9397.2206.5557.243
Afschot1.1721.0841.1781.1421.098
valwild784761764669686

Bron: FBE Friesland

Gelderland, Achterhoek

Voorzitter: Bé Brinkman
Secretaris: Bert Radstake

Gelderland, Veluwe en Rivierenland

Voorzitter: Marcel Gademan
Secretaris: Bas Broeder

Groningen

Voorzitter: Niesco Loeröp
Secretaris: Niesco Loeröp

20192020202120222023
Trendtelling4.9125.2265.5555.4656.780
Afschot6997886290294
valwild338480484540679

Bron: FBE Groningen

Limburg

Voorzitter: Jan Eyck
Secretaris: Luc Donners

Noord-Brabant

Voorzitter: Rob Mutsaers
Secretaris: Ad Mutsaers

Noord-Holland

Voorzitter: Sjoerd Joustra
Secretaris: Ton Richter

Overijssel

Voorzitter: René Tijhuis
Secretaris: Rick Flim

20192020202120222023
Trendtelling9.7759.00911.74310.76311.382
Afschot3.5123.6293.6293.5573.989
valwild1.0331.0951.1021.1441.184

Bron: FBE Overijssel

Utrecht

Voorzitter: Jouke Hopperus Buma
Secretaris: Henk Eggink

20192020202120222023
Trendtelling3.023NA3.3303.0023.183
Afschot637681733756896
valwild329301351325306

Bron: Jaarverslag FBE Utrecht 2023

Zeeland

Voorzitter: John Fassaert
Secretaris: Rudi Fontijne

20192020202120222023
Trendtelling1.5381.5371.7021.4181.954
Afschot196250231295312
valwild209185175238241

Bron: FBE Zeeland

Zuid-Holland

Voorzitter: Hans Flieringa
Secretaris: Arjen Boekhoud

20192020202120222023
Trendtelling2.088-2.7042.296-
Afschot5191339412-
valwild188248269215-

Bron: FBE Zuid-Holland


Toelichting data

Trendtelling ree:
Ieder jaar wordt het aantal reeën geteld volgens een vaste methode, waarbij drie aparte (onafhankelijke) tellingen in opeenvolgende schemerperiodes worden gehouden (avond-, ochtend- en avondtelling).
Dus niet om een absoluut aantal te bepalen van de reeën in een telgebied. Door deze telling jaarlijks op dezelfde tijd en wijze uit te voeren, kan een trend in de ontwikkeling van een reeënpopulatie worden onderkend, stijgend, stabiel, afnemend. Dit aantal zegt dus niets over het werkelijk aantal aanwezige reeën. De trendtellingen moeten volgens een telprotocol en volgens een vaste voorgeschreven methode worden uitgevoerd om tot vergelijkbare gegevens te komen.

Omdat uit wetenschappelijk onderzoek gebleken is dat aantallen in populaties reeën in absolute zin niet zijn vast te stellen en een rekenmethode daarvoor onvoldoende kan worden onderbouwd, wordt tegenwoordig alleen het minimaal aantal aanwezige reeën bepaald (vaak aangeduid met de Engelse term: Minimum Number Alive, MNA). De aantallen die u ziet in de tabellen hebben dus betrekking op M.N.A.

Afschot ree:
Iedere provincie kan in het kader van artikel 3.17 van de Wet natuurbescherming ontheffing aan de Faunabeheereenheid van deze provincie verlenen voor het uitvoeren van populatiebeheer van reeën door middel van het doden met een geweer. Deze ontheffing wordt uiteindelijk doorgeschreven aan de beheerder/jager. Aan deze ontheffing zijn strikte voorwaarden verbonden.

De aantallen in de tabellen zijn dus geregistreerde afschotmeldingen.  

Aanrijdingen ree:
Aangereden ree wordt ook aangeduid met de term valwild. Alleen aanrijdingen met ree die gemeld zijn bij de politie meldkamer en door een valwild verlofhouder van de weg zijn gehaald worden erkend als gevalideerde meldingen. Daarnaast moeten gevalideerde meldingen aan meerdere voorwaarden voldoen.

In de tabellen ziet u alleen gevalideerde meldingen. In werkelijkheid ligt het aantal aanrijdingen met ree hoger.